Turijn: stad van magie

Het heeft niet de modeboetieks van Milaan, niet de bezoekersaantallen van Rome. Toch oefent Turijn al eeuwenlang een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit op wetenschappers, koningen, kunstenaars en schrijvers. Want onder het oppervlak houdt zich een magische geschiedenis schuil die nog altijd springlevend is.

Originally published in: National Geographic Traveler (print)
Date: March 2020
Language: Dutch

La città grigia, de grijze stad, zo werd Turijn in de jaren zestig genoemd. Je kwam er zeker niet naartoe voor je plezier.’ Laura Audi leunt achterover in de bordeauxrode leuning van haar stoel. We zitten in de rijkelijk versierde, negentiende-eeuwse salon van Caffè San Carlo, een van de oudste cafés van Turijn, verstopt onder de zuilengalerijen van Piazza San Carlo. Laura zag haar geboorteplaats de afgelopen decennia transformeren van industriële stad, waar vanaf de jaren zestig vooral arme boeren uit het zuiden naartoe kwamen om in de fabrieken te werken, tot een aantrekkelijke bestemming die voorzichtig wat toeristen begon te trekken. ‘In de jaren negentig zagen we onze stad opkrabbelen: de gemeente begon te investeren in stedelijke ontwikkeling en het culturele aanbod groeide.’ Precies in die tijd begon ze met partner Nicoletta tours te geven met als thema Torino Magica: Turijn als mysterieuze en magische stad. Ze baseerden zich op de populaire boeken van Giuditta Dembech en Renzo Rossotti, die de esoterische kant van de stad belichtten. Ruim twintig jaar later spreekt de magie nog altijd tot de verbeelding: het is verreweg hun populairste tour. Laura’s ogen lichten op als ze erover praat. ‘Turijn geeft zich niet zomaar prijs. Naarmate je haar beter leert kennen, zie je opeens overal symboliek en verborgen legendes. Je moet het alleen even weten.’

Caffè San Carlo

Magische driehoeken

Volgens de boeken van Dembech en Rossotti, en vele anderen, ligt Turijn op het knooppunt van twee ‘magische driehoeken’: die van de witte magie (Turijn, Praag en Lyon) en die van de zwarte magie (Turijn, Londen en San Francisco). Bij het schemeren van de avond leidt Laura me langs beide kanten van die dubbele driehoek: van Piazza Castello, een plek van ‘positieve magie’ waar eeuwenlang de lijkwade van Jezus werd getoond aan de torinesi, tot aan Piazza Statuto, een knooppunt van donkere energieën, waar op de top van het monument het zwarte beeld van Lucifer boven het plein uittorent en neerkijkt op ons stervelingen. Hier werden ook eeuwenlang executies uitgevoerd, totdat de Fransen het galgenveld naar Rondò della Forca verplaatsten (nu nog steeds te herkennen aan het beeld van San Giuseppe Cafasso, de beschermheer van de tot de dood veroordeelden).

We wandelen door Via Garibaldi, een van de bekendste winkelstraten van de stad. Links en rechts passeren elegante torinesi in lange winterjassen. Het is herfst, maar kan rond deze tijd al flink koud worden in de Noord-Italiaanse stad. Terwijl we lopen vertelt Laura me over het mysterie van de lijkwade. Het doek laat een afdruk zien van een lichaam, volgens velen dat van Jezus. Het origineel wordt slechts tevoorschijn gehaald wanneer de Paus dat wil, maar een zeer overtuigende replica is te vinden in het Museo della Sindone. Na jaren onderzoek is de echtheid van de relikwie nog steeds niet aangetoond, maar is ook het tegendeel nooit bewezen. Professor Nello Balossino is gepromoveerd op criminologie en wijdde een groot deel van zijn carrière aan de lijkwade en het bijbehorende museum. ‘Ik probeer het als een eeuwenoud bewijsstuk van een plaats delict te zien,’ vertelt hij me wanneer we langs de permanente tentoonstelling lopen. ‘Wat ik weet, is dat het zonder twijfel de afdruk van een lijk is. Maar na al mijn studies kan ik nog steeds niet met duidelijkheid zeggen hoe de lijkwade is ontstaan: reproduceren kunnen we hem niet.’

Circolo dei Lettori

Onderwereld

Laura neemt haar tourdeelnemers regelmatig mee naar het Museum van de Lijkwade, gevestigd in een ondergrondse ruimte, als onderdeel van haar tour Torino Sotterranea (Turijn Ondergronds). De route leidt langs de kilometerslange gangen onder de stad. Deze werden begin achttiende eeuw gegraven als verdedigingsmechanisme tegen de Fransen: ze liepen van het centrum van de vestingstad tot buiten de muren en maakten het mogelijk de naderende vijand van onderaf op te blazen. Museo Pietro Micca vertelt over deze geschiedenis en laat je ook een kijkje ondergronds nemen – geen aanrader voor wie claustrofobisch is.

Toch moet Laura me het meest mysterieuze deel van Turijns kelders verschuldigd blijven, zo blijkt als we op Piazza Castello staan. Volgens de legende bevindt zich precies onder onze voeten een verzameling alchemische grotten. Uitgegraven in opdracht van de Savoy-familie die eeuwenlang over Piëmont regeerde, zouden ze de Steen der Wijzen herbergen en het toevluchtsoord zijn geweest van wetenschappers die er geheime experimenten uitvoerden. Deze alchemisten zouden uiteindelijk ook de in Turijn geboren drank vermout uitvinden. Een glimlachje speelt om Laura’s mond als ik haar vraag naar concreet bewijs. ‘Onder het plein zijn wel gangen gevonden, maar ze hebben nooit tot de grotten gegraven.’ Toen voor de Olympische Spelen van 2006 graafwerk werd verricht, stuitten bouwvakkers op ondergrondse muren met vreemde markeringen, maar een investeerder voor verdere opgravingen was er niet.

Bar Cavour

Een rondleiding door de alchemische grotten zit er niet in, dus besluit ik maar hun enige tastbare erfenis uit te proberen: de vermout. Ik neem afscheid van Laura en loop door het donker naar een van de mooiste pleintjes van de stad: Piazza Carignano. Op zonnige dagen vind je hier in de namiddag goedgeklede torinesi een aperitivo drinken op het terras. Maar nu, op een druilerige herfstavond, is het plein verlicht met bewegende projecties van esoterische symbolen die de kinderkopjes op de grond doen glimmen. Het lichtkunstwerk is onderdeel van Luci d’Artista, een jaarlijks terugkerend lichtfestival dat de stad van een kleurrijk schijnsel voorziet.

Ik loop binnen door de grote deur van nummer twee en neem de trap naar Bar Cavour, onderdeel van Ristorante del Cambio, een van Turijns oudste restaurants. Op historische plekken als deze drink je nog steeds een glas vermout of ander aperitief zoals de gegoede burgerij dat 150 jaar geleden deed. Maar waar bars als Caffè Mulussano onveranderd zijn gebleven sinds hun oprichting, heeft Bar Cavour een moderne update gekregen. De uitstraling van een Franse, negentiende-eeuwse salon die zo typisch is voor Turijn is behouden gebleven. Onderuitgezakt in de donkergroene bekleding van de zachte stoelen kan ik me goed voorstellen dat beroemdheden als Friedrich Nietzsche en Giuseppe Verdi hier kwamen met dezelfde fascinatie voor Turijns donkere kant als ik nu.

Bar Cavour

Huis van de farao

Mijn zoektocht naar de magie van Turijn brengt me naar een mysterieus huis aan de rivier de Po, vlak naast het imposante Piazza Vittorio Veneto. Casa Mollino is een van de best bewaarde geheimen van de stad. Wijlen architect en ontwerper Carlo Mollino bouwde het ooit als stiekeme residentie, maar woonde er nooit. Hij richtte alle ruimtes met oog voor detail in: een mix van jaren zeventigdesign, klassieke elementen en antiek die naadloos samenvloeit. Na Mollino’s overlijden in 1973 kocht Fulvio Ferrari, de huidige eigenaar, het huis over en maakte het tot museum.

Fulvio gaat gekleed als een Engelse dandy, in een witte broek met een geborduurd gilet onder zijn jasje. Terwijl hij praat, kijkt hij me schuin aan over zijn brillenglazen. ‘De magie van Turijn zit ‘m in haar link met Egypte: dat is altijd de bron geweest van alles wat met magie te maken heeft.’ Zijn verklaring komt niet uit de lucht vallen: de op-één-na grootste collectie Egyptische objecten van de wereld – alleen die van Caïro is uitgebreider – bevindt zich in Turijn, in het Egyptisch Museum. Volgens de legende zou Turijn zelfs gesticht zijn door een Egyptische prins die aan de rivier de Po wilde wonen omdat het hem aan de Nijl deed denken.

Ook Mollino was mateloos gefascineerd door het oude Egypte. Het is de reden van het bestaan van dit appartement, zo legt Fulvio uit: ‘Mollino had het bedoeld als huis voor het hiernamaals, zoals farao’s de grafkamers van hun piramides inrichtten. Het moest de essentie van wie hij was bewaren.’ Hij liet er dan ook ontelbare occulte verwijzingen achter. Zo is er zijn bootvormige, houten bed, een referentie naar de overtocht van dit leven naar het volgende, zijn langwerpige tafel in de woonkamer die de vorm van een Egyptische grafkist heeft, en de slaapkamermuur die van boven tot onder behangen is met ingelijste vlinders, in veel culturen een symbool voor de menselijke ziel.

Fulvio doet zijn best om het kleine museum onder de radar te houden, want hij wil de groepen bezoekers – die hij alleen op reservering ontvangt – graag klein houden. ‘Alleen dan kan ik het verhaal van dit huis goed overbrengen.’ Het past bij hoe Mollino was: zelfs een goede vriendin van hem, die in dezelfde straat woonde, wist tot na zijn dood niet dat hij dit huis bezat. Hij was een rusteloze eenling, maar ook een geniale ontwerper, architect, vliegtuigbouwer en fotograaf. Onder andere het prachtige Teatro Regio en het gebouw van de Kamer van Koophandel zijn van zijn hand. Het zijn twee gebouwen die niet meer van elkaar kunnen verschillen: het theater in rijke neoclassicistische stijl; de Kamer van Koophandel strak en functioneel.

Verborgen binnenplaatsen

Als ik de dagen erna de smalle straatjes van Quadrilatero, het Romeinse en oudste gedeelte van de stad, verken, realiseer ik me dat ik mijn vinger niet kan leggen op de magie van Turijn. Er hangt een zweem van mysterie in de stad, alsof je om elke volgende hoek een geheim kunt ontrafelen – misschien omdat je er in het weinig toeristische centrum als bezoeker zo makkelijk kunt opgaan tussen de locals.

Zo zijn er de ontelbare, verborgen en minutieus versierde cortili (binnenplaatsen), waar je af en toe toevallig een glimp van opvangt bij het langslopen. Op een van die binnenplaatsen, vlak achter Piazza Carignano, is het Circolo dei Lettori verstopt, een café en literaire club gevestigd in een zeventiende-eeuws palazzo. Om binnen te komen moet je de binnenplaats over, aanbellen en vervolgens over de marmeren trappen naar de eerste verdieping. In de rijk versierde stijlkamers ontdek je werken van Caravaggio en kroonluchters van de meester-glasmakers uit Venetië. Een handjevol studenten zit er achteloos tussen te studeren en af en toe bestelt een passerende pensionado een espresso aan de bar. Dat is misschien ook wel de magie van Turijn: de bescheidenheid waarmee haar bewoners de schoonheid van de stad afdoen. In Rome zou een dergelijke bar al snel in alle stadsgidsen opgenomen worden, in Milaan had hij allang zijn prijzen verdriedubbeld. In Turijn kun je er zo binnenlopen om er tussen een handjevol locals op je gemak een koffie te bestellen – je moet het alleen even weten.


ETEN

Turijn is de geboortestad van de slowfoodmovement, vermout en Italiaanse chocolade. Lokaal voedsel van hoge kwaliteit is naadloos verweven in het leven van de torinesi – misschien nog wel meer dan in de rest van Italië. Je vindt er, in de oude Fiatfabriek, ook de allereerste vestiging van het inmiddels wereldwijd succesvolle supermarktconcept Eataly, waar je de lokale gerechten direct kunt proeven op de bijbehorende foodcourt. Nog een plek voor een avondvullend diner is EDIT (pizzeria, restaurant, bierbrouwerij en bakkerij in een compleet gerenoveerd oud pakhuis). En wie snel bediend wil worden en authentiek Piëmonts wil eten voor een goede prijs, kan terecht bij Piola Da Cianci.

DOEN

Ga op stap met een local! Laura en haar team gidsen geven Engelstalige tours in uiteenlopende thema’s (naast Magisch Turijn en Ondergronds Turijn zijn er speciale routes over chocolade en vermout).
Somewhere.it

SLAPEN

Bij Hotel NH Piazza Carlina slaap je in het voormalige huis van politicus Antonio Gramsci. Het recentelijk gerenoveerde palazzo biedt moderne kamers en een prachtige binnenplaats. De bar op de begane grond en het dakterras zijn ook onder de locals geliefde plekken voor een aperitivo.


Previous
Previous

Snuffelen aan de ‘tartufo bianco’ in Alba

Next
Next

De prijs van Italiaanse elegantie